vrijdag 29 juli 2011

Zit

Van de schepselen waarmee wij onze planeet delen, is de vlieg niet bepaald de slimste. Vooral niet het exemplaar dat momenteel met mij mijn kantoor deelt.

Je zou toch zo langzamerhand mogen verwachten dat een insect als de vlieg inmiddels zo aan huizen en kantoren is gewend, dat hij de uitgang wel weer zou kunnen vinden door de luchtstroom in tegengestelde richting te volgen. Maar niets is minder waar. Deze vlieg heeft heel andere ideeën.

Na een paar keer rond, en één keer tegen mijn hoofd te zijn gevlogen, ontdekte het beestje dat zijn weg duidelijk geblokkeerd was. Maar in plaats van het dan in een andere richting te proberen, neemt de vlieg een ‘aanvliegje’ en probeert het op dezelfde plek nog een keer! Met even weinig succes overigens. Bezorgd kan ik het dan weer niet laten me af te vragen of zo’n vlieg aan die dubbele aanvlieging dan geen enorme hoofdpijn heeft overgehouden. Maar nee, de vlieg vliegt ongestoord verder en neemt plaats op de niet-slingerende-slinger van de klok.

Vreemd eigenlijk, dat een insect zijn naam kan ontlenen aan één van zijn activiteiten. Zoals ik het beestje nu al enige tijd van afstand bestudeer, zou het evengoed een ‘zit’ kunnen zijn, een ‘hang’, of een ‘loop’, al naar gelang welke activiteit hij ontplooit op dat moment. Maar nee, iemand heeft ooit bedacht dat het beestje als ‘vlieg’ door het korte leven moest. Ik kan dan alleen maar hopen dat aan die naamkeuze een grondige studie vooraf is gegaan waarin de activiteit ‘vliegen’ exponentieel vaker werd waargenomen dan ‘zitten’ of ‘lopen’, maar ik betwijfel het.

Gelukkig heeft de naamgevende wetenschapper gekozen voor een benaming van een activiteit die ook door kinderogen mag worden aanschouwd, want het had erger gekund! Ik neem tenminste aan dat vliegen ook ‘vogelen’ om voor voldoende nageslacht te zorgen. Dan had het beestje ‘vogel’ geheten. Met alle verwarring van dien met alle gevederde of gebraden soortgenoten. Dan was het wel weer héél onoverzichtelijk geworden.

Nee, ik ben dan toch blij dat deze mysterieuze wetenschapper voor een activiteit heeft gekozen die het insect doet onderscheiden van alle anderen. Och nee, een vogel vliegt tenslotte ook. Net als een vliegtuig, maar da’s dan weer geen dier geloof ik. Ik raak er bijna van in de war zeg! Maar wat is dan een goede benaming voor dit beest? Een ‘bots’? Een ‘verveel’? Een ‘zoem’? Ik heb het beestje al die dingen in het afgelopen half uur zien of voorbij horen komen. Maar blijkbaar geeft het beest zelf de voorkeur aan ‘zit’ want de slinger zit blijkbaar lekker.

In ons huishouden is ‘zit’ of ‘loop’ trouwens allang geen beschikbare soortnaam meer, want alles wat insect is (of zou kunnen zijn) kan aan bovengenoemde omschrijvingen voldoen. Als er op het geel-gerookte plafond een zwarte plek verschijnt, kan deze ternauwernood getolereerd worden zolang het een ‘zit’ blijft. Een ‘loop’ veroorzaakt al behoorlijk wat meer rumoer. En als het een geleedpotige betreft, de soort die bij mijn lief een panische angst oproept, dan spreken we vaak over een ‘ren’ of een ‘gil’. Wat trouwens dan weer, in die volgorde, op de spin en op mijn wederhelft kan slaan.

Voor dit ene exemplaar is de vraag over een benaming overigens louter retorisch geworden. Ik zéér korte tijd is hij, aan de irritatiefactor vermoed ik eigenlijk dat het een zij was, verworden van ‘zit’ tot ‘bots’ en vervolgens van ‘verveel’ tot de laatst mogelijke categorie: ‘plat’.

Zij Ruste in Vrede.

29-07-11

dinsdag 12 juli 2011

Nieuwe Hollandse Helden

Voor mij geen ‘IJzeren Johnny’, de stoere Zeeuw die na aangereden te zijn door een auto van de Franse televisie in het prikkeldraad terecht kwam en de volgende dag met 33 hechtingen in zijn onderlijf toch weer op de fiets stapte. Die heldenverering is me te gemakkelijk. De kranten staan er vol van en diverse televisieploegen hebben inmiddels hun obligate plaatjes wel geschoten in mosselhoofdstad Yerseke. Hoe leuk je het ook in beeld probeert te brengen, het blijft Zeeland he?

Mijn Nieuwe Hollandse Helden leerde ik kennen op zondagavond in de eerste uitzending van het nieuwe SBS6 programma ‘Overtreders’. Even vreesde ik het programma ‘Wegmisbruikers’ al te zeer te gaan missen, maar in dit programma maakten we kennis met Georgios en Diane. Twee Buitengewoon Opsporingsambtenaren (Boa’s) die, gezeten op hun stoere stalen ros, waken over de leefbaarheid en geharde criminelen in Dordrecht te lijf gaan.

Genoten heb ik van ze! Als een geoliede combinatie van ‘Licht’ & ‘Knipperlicht’ waken mijn absolute helden in de Dordse binnenstad over ons gedrag. Met groot vertoon van moed pakken ze achtereenvolgens foutparkeerders, niet aangelijnde honden, verkeerd aangeboden huisvuil en een weigering tot legitimeren aan. Althans, Georgios dan. Hij is de onbetwiste voorman van dit illustere duo. Georgios spreek (in niet bepaald accentloos Nederlands) overtreders aan op hun werkelijk grensoverschrijdend wangedrag, en voorziet ze meteen ook standaard van een bekeuring. Zich gesteund wetend door de plaatselijke politie die, in geval van die weigering tot identificatie en het daarop volgende verbale woordenspel, subiet en met groot vertoon uitrukt om Georgios te hulp te komen door de stouterd te arresteren. Diane daarentegen fungeert geheel en al in Zijn schaduw. Als Georgios preekt, zwijgt Diane. Of, als ze zich echt niet meer kan inhouden, vult ze Hem, als een soort irritante en onderdanige echo, slechts aan.

De gehele uitzending heb ik op het puntje van mijn zetel doorgebracht, wachtend op steeds nieuwe beelden van dit Onverschrokken Onderonsje. En steeds als zendtijd ingeruimd moest worden voor acties van andere ordehandhavers, of de obligate reclame, ontspon zich een heftige discussie tussen mij en mijn geliefde over waarom Georgios steevast kiest voor ‘proces verbaal’ in plaats van ‘bekeuring’. Bekeuring is een stuk makkelijker uit te spreken, maar getuigt natuurlijk nooit van de moeizame leerweg die Georgios en Diane hebben moeten afleggen om hun nobele ambt te mogen uitvoeren. Dan klinkt ‘proces verbaal’ inderdaad beter, alsof je écht weet waarover je het hebt. Maar welk een heldhaftige moed wordt er gevraagd van mannen van het kaliber Georgios die het ambt van ‘Toezichtshandhaver’ blijken te ambiëren. Welk een moed is er nodig om de eigenaar van een hond die losloopt op een plek waar dat verboden is en na het overhandigen van een, jawel, proces verbaal òòk nog eens te vragen naar het in bezit hebben van een opruimzakje!

En dan het taalgebruik! Nu is Nederlands een enorm moeilijke taal die op scholen nog maar nauwelijks wordt onderwezen, maar Georgios weet er wel weg mee. Zonder blikken of blozen gooit hij er volzinnen uit als ‘Wist u ook wel niet dat er hier wel een aanlijnplicht van kracht was?’ Om de bekeurde handenbezitter vervolgens er fijntjes op te wijzen ‘Het is dan ook wel raadzaam om altijd een opruimzakje bij te hebben.’ Briljant!

12-07-11