Van de schepselen waarmee wij onze planeet delen, is de vlieg niet bepaald de slimste. Vooral niet het exemplaar dat momenteel met mij mijn kantoor deelt.
Je zou toch zo langzamerhand mogen verwachten dat een insect als de vlieg inmiddels zo aan huizen en kantoren is gewend, dat hij de uitgang wel weer zou kunnen vinden door de luchtstroom in tegengestelde richting te volgen. Maar niets is minder waar. Deze vlieg heeft heel andere ideeën.
Na een paar keer rond, en één keer tegen mijn hoofd te zijn gevlogen, ontdekte het beestje dat zijn weg duidelijk geblokkeerd was. Maar in plaats van het dan in een andere richting te proberen, neemt de vlieg een ‘aanvliegje’ en probeert het op dezelfde plek nog een keer! Met even weinig succes overigens. Bezorgd kan ik het dan weer niet laten me af te vragen of zo’n vlieg aan die dubbele aanvlieging dan geen enorme hoofdpijn heeft overgehouden. Maar nee, de vlieg vliegt ongestoord verder en neemt plaats op de niet-slingerende-slinger van de klok.
Vreemd eigenlijk, dat een insect zijn naam kan ontlenen aan één van zijn activiteiten. Zoals ik het beestje nu al enige tijd van afstand bestudeer, zou het evengoed een ‘zit’ kunnen zijn, een ‘hang’, of een ‘loop’, al naar gelang welke activiteit hij ontplooit op dat moment. Maar nee, iemand heeft ooit bedacht dat het beestje als ‘vlieg’ door het korte leven moest. Ik kan dan alleen maar hopen dat aan die naamkeuze een grondige studie vooraf is gegaan waarin de activiteit ‘vliegen’ exponentieel vaker werd waargenomen dan ‘zitten’ of ‘lopen’, maar ik betwijfel het.
Gelukkig heeft de naamgevende wetenschapper gekozen voor een benaming van een activiteit die ook door kinderogen mag worden aanschouwd, want het had erger gekund! Ik neem tenminste aan dat vliegen ook ‘vogelen’ om voor voldoende nageslacht te zorgen. Dan had het beestje ‘vogel’ geheten. Met alle verwarring van dien met alle gevederde of gebraden soortgenoten. Dan was het wel weer héél onoverzichtelijk geworden.
Nee, ik ben dan toch blij dat deze mysterieuze wetenschapper voor een activiteit heeft gekozen die het insect doet onderscheiden van alle anderen. Och nee, een vogel vliegt tenslotte ook. Net als een vliegtuig, maar da’s dan weer geen dier geloof ik. Ik raak er bijna van in de war zeg! Maar wat is dan een goede benaming voor dit beest? Een ‘bots’? Een ‘verveel’? Een ‘zoem’? Ik heb het beestje al die dingen in het afgelopen half uur zien of voorbij horen komen. Maar blijkbaar geeft het beest zelf de voorkeur aan ‘zit’ want de slinger zit blijkbaar lekker.
In ons huishouden is ‘zit’ of ‘loop’ trouwens allang geen beschikbare soortnaam meer, want alles wat insect is (of zou kunnen zijn) kan aan bovengenoemde omschrijvingen voldoen. Als er op het geel-gerookte plafond een zwarte plek verschijnt, kan deze ternauwernood getolereerd worden zolang het een ‘zit’ blijft. Een ‘loop’ veroorzaakt al behoorlijk wat meer rumoer. En als het een geleedpotige betreft, de soort die bij mijn lief een panische angst oproept, dan spreken we vaak over een ‘ren’ of een ‘gil’. Wat trouwens dan weer, in die volgorde, op de spin en op mijn wederhelft kan slaan.
Voor dit ene exemplaar is de vraag over een benaming overigens louter retorisch geworden. Ik zéér korte tijd is hij, aan de irritatiefactor vermoed ik eigenlijk dat het een zij was, verworden van ‘zit’ tot ‘bots’ en vervolgens van ‘verveel’ tot de laatst mogelijke categorie: ‘plat’.
Zij Ruste in Vrede.
29-07-11
Geen opmerkingen:
Een reactie posten