maandag 8 maart 2010

Zelfs ‘op tijd’ is nog te laat (deel I)

Dat J.’s toestand zorgelijk was wisten we. Hij kwakkelde al maanden met zijn gezondheid, doch de onderzoeken wezen steeds maar geen duidelijke oorzaak aan. De laatste serie onderzoeken concentreerde zich steeds meer op één gebied, en op één conclusie die we eigenlijk niet wilden horen: kanker. Na het verlies van A., nu net een jaar geleden, was dat een uitkomst waar we bepaald niet op zaten te wachten. Zeker niet nu alle symptomen leken te wijzen op een van de meest agressieve, en zo goed als onbehandelbare, vormen van kanker met een haast onvermijdelijke afloop binnen enkele weken of maanden.

Op weg naar beneden bedacht ik me hoe gemakkelijk we tegenwoordig omgaan met reizen, met het overbruggen van grote afstanden. Met een of meerdere auto’s voor de deur kun je op vrijwel elk gewenst moment vertrekken en er bovendien redelijk zeker van zijn dat je ook veilig op je bestemming aankomt. Een paar schone kleren, een paspoort en een creditcard is feitelijk alles wat je nodig hebt. En medicijnen, laat ik die vooral niet vergeten! En opladers, die moeten ook mee.

Het mailtje van mijn liefste kwam volslagen onverwacht. Het luidde: ‘Ik kom zo naar huis en wil dan z.s.m. vertrekken. Spreek je straks wel.’ Ietwat verdwaasd las ik het een paar keer. Ik was op dat moment met héél andere dingen bezig geweest, en leefde in de veronderstelling dat we dus niet zouden gaan. Dat we zouden wachten tot na de operatie. Maar blijkbaar was mijn liefste van gedachten veranderd en gingen we toch, ook goed.

Ik sloeg mijn agenda open en bekeek mijn verplichtingen voor de komende dagen. Er zaten een aantal interessante afspraken tussen, maar niets wat niet verzet, afgebeld of verschoven kon worden. Gelukkig maar, het is tenslotte al moeilijk genoeg een eigen bedrijf van de grond te krijgen zonder daarbij ook nog eens je geloofwaardigheid te verliezen. Nauwelijks een uur later waren we onderweg, met achterin slechts twee kleine koffertjes en twee jassen. Op de achterbank die andere voorwaarde voor een voorspoedige reis: voldoende sigaretten.

Eenmaal onderweg begreep ik dat M, zus van mijn liefste en óók onderweg naar het zuiden, langs de A2 met pech was stilgevallen. Gelukkig was de ANWB is staat geweest het euvel te verhelpen en waren ze weer onderweg, ten koste van een ter plaatse afgesloten lidmaatschap. Daar hoefden we dus geen hulp te bieden, gelukkig. We konden ons dus concentreren op onze eigen reis.

08-03-10