zondag 21 oktober 2007

Homo

De zondag is altijd bij uitstek een dag om het lekker langzaam aan te doen. Eerst lang uit te slapen om daarna, in alle rust, te ontbijten met warme broodjes. Ik kan daar altijd erg van genieten, alleen van het vooruitzicht al overigens. Maar soms wordt zelfs het meest plezierige vooruitzicht wreed verstoord en verwordt de dag tot eentje van absoluut ongeloof. En vandaag is zo´n zondag.
Het begon allemaal toch al niet heel voorspoedig. Nog steeds geplaagd door de naweeën van een vervelend griepje zijn de geluiden die ´s nachts uit de echtelijke slaapkamer komen eerder te vergelijken met die van Artis dan die van een gelukkig en geconsummeerd huwelijk. Want mijn liefste werd als eerste door het rondwarend virus gegrepen, gaf het liefdevol aan mij door, en snottert, kucht, bromt en hoest nog steeds dat het een lieve lust is. Daarnaast is ze ook nog eens haar stem kwijt dus dat maakt het extra naar..voor haar. (WINK)

Doorgaans ben ik degene die ´s ochtends het eerst wakker is. Zo ook deze ochtend. Zo rond 06.30 begint mijn lijf doorgaans te ontwaken en geeft aan dat er enige ´hoge nood´ verwerkt dient te worden. En als ik eenmaal uit bed ben ga ik er slechts hoogst zelden weer in terug. Dus strompel ik dan maar naar beneden om gehoor te geven aan de natuur, daarna naar de keuken om de waterkoker een tik te geven en, terwijl het water kookt, naar de voordeur om de krant van de mat te vissen. Leunend tegen het aanrecht scan ik dan de koppen op de voorpagina en steek mijn eerste sigaret op. Met een kop dampende koffie in de ene en een sigaret in de andere hand plof ik op de bank, slik ik mijn pillen, en kan ik aan mijn dag beginnen. Want zoveel verschil zit er feitelijk niet in het ochtendritueel. Of het nu een werkdag of een weekenddag is verschilt weinig. Op een werkdag heeft mijn lief graag alle ruimte, en blijf ik dus beneden tot ze naar haar werk gaat, maar op een weekenddag kruip ik, na de krant te hebben gelezen, zelf achter de pc.
Maar deze zondag wordt het nooit meer helemaal. Het begon al bij het opstaan. Ik heb, blijkbaar, onrustig geslapen want ik heb mezelf compleet vastgewoeld in mijn dekbed. Op de overloop boven is het koud en ik zou gráág eerst iets aantrekken maar de nood is dermate hoog dat ik éérst naar beneden moet voor er ongelukken gebeuren. Bibberend schroef ik de thermostaat wat hoger voor ik weer de trappen beklim om alsnog wat aan te schieten. En het koud hebben is géén goede manier om de dag te beginnen heb ik inmiddels besloten. Bibberend plassen is ook al geen succes want het richten wordt dan een stuk lastiger ineens. Maar goed, als je dan eenmaal wat aanhebt dan ben je doorgaans al weer snel op temperatuur. Maar met een vervelend griepje onder de leden dus niet. Dan blijf je dus nog zeker een half uur rillen. En dan de krant. De dagelijkse ellende uitgesmeerd over de voorpagina. En bij deze krant altijd nog eens lekker extra dramatisch gebracht. En daar staat het, rood omkaderd op de voorpagina notabene. Een zoveelste illusie staat op het punt om als een zeepbel uiteen te spatten.
Want wat laat de krant haar lezers namelijk deze ochtend weten? Dat Professor Dumbledore, Perkamentus voor degenen die Harry Potter in het Nederlands lezen, homo is! Ja echt, Dumbledore is finaal uit de kast, mevrouw Rowling heeft het tenslotte zelf gezegd (en zij kan het weten tenslotte) en ik heb de sterke neiging er juist in te kruipen en de deur voorgoed achter me te sluiten. Zó erg vind ik het…
Duh! Waar gáát dit over? En wie maakt zich daar in hemelsnaam druk over? We hebben het hier toch over een romanfiguur uit de magistrale reeks over tovenaarsleerling Harry Potter? Een karakter dat alleen bestaat op papier, in films en in de fantasie van de schrijfster en haar lezers? Maar blijkbaar is het belangrijk om je bezig te houden met de vraag of een dergelijk personage, al dan niet latente, homoseksuele gevoelens heeft. Of is het een issue dat deze fictieve persoon, behalve latent homo, ook nog een functie als schoolhoofd heeft? Is dat het?
Het is, op zich, prima te begrijpen dat iemand compleet op kan gaan in een verhaal. Zeker als dat verhaal goed is geschreven en voorzien is van meerdere lagen, plotwendingen en een overduidelijke strijd tussen goed en kwaad. Maar, hoe goed ook geschreven, het blijft een verhaal. Fictie dus, en daarom geen enkele realiteitswaarde. Nogmaals het verhaal is uitermate goed geschreven en heeft inmiddels miljoenen mensen geboeid en zal in de toekomst vast nog miljoenen méér mensen gaan boeien. En dat succes gun ik mevrouw Rowling van harte. Maar wie kan het schelen of, in de fantasie van mevrouw Rowling, een karakter wél of niet ooit verliefd was op zijn latere rivaal Grindelwald, een ander van hetzelfde geslacht? En of die liefde wel of niet beantwoord werd? Who cares? Op z´n hoogst interessant voor de historici omdat het een inzicht geeft vanuit welke invalshoek een bepaald personage tot stand is gekomen, maar een personage blijft het. En zolang het niet in het oorspronkelijke werk is vastgelegd is het dus niet zo. Wellicht dat het wel meespeelde in de schepping maar als het niet in de schepping van het verhaal is meegenomen is het dus niet zo. Het zou tenslotte anders zijn als het een waarheidsgetrouwe beschrijving zou zijn van levende personen en actuele geschiedenis. Maar in een verzonnen wereld met even verzonnen personages dondert dat dus niet.
Maar ik snap wel waarom mevrouw Rowling een dergelijke uitspraak, gedaan tijdens een lezing in de fameuze Carnegie Hall in New York, laat optekenen. Deze ontboezeming heeft, samen met die welke nog eventueel zullen volgen, slechts één doel. Namelijk het verdiepen van het gecreëerde mysterie en het voeden van de Harry Potter-adepten. Met andere woorden, het geeft ze weer nieuw voer voor eindeloze discussies en het opzetten van theorieën over wat de schrijfster dacht en voelde toen ze het schreef. Maar het is en blijft een nietszeggend feitje uit de mond van een schrijfster van een verhaal. Een heerlijk verhaal desalniettemin dat ik, in de Engelstalige luisterboekversie, met Jim Dale als de briljante verteller, met zéér veel plezier tot me heb genomen. Maar het is en blijft een verhaal, niets méér en ook niets minder dan dat. Er zullen nooit archeologische opgravingen zijn om de ´ware plek van Hogwarts´ te ontdekken of eindeloze zoektochten naar het DNA van de afstammelingen van Harry zelf. Het verhaal zal wel een blijvende plek in de wereld blijven houden en de taal blijvend verrijken met een aantal woorden uit het brein van mevrouw Rowling. Woorden die anders nooit de taal bereikt zouden hebben en die de wereld, voor even, hebben doen geloven in sprookjes. En dát is de verdienste van Rowling. Een prestatie waar ze, financieel gezien, ruimschoots voor beloond is en voorlopig ook wel beloond zal blijven worden. En dat mag. Maar laten we, nu we dit wereldschokkende feit tot ons hebben genomen, weer gewoon overgaan tot de orde van de dag. Er gebeurt genoeg in de wereld van vandaag dat wél impact heeft op ´the scheme of things´, en daar kunnen we ons beter druk om maken. Of zou Peter R. hier binnenkort een uitzending aan gaan wijden?

21-10-07