maandag 15 september 2008

Dagwaarde

Alles in de wereld draait om geld en geld verdienen. Zelfs een mensenleven, of dat van een geliefd huisdier, kan worden teruggebracht tot een waarde in een economisch profiel op iemands bureau. Een klein voorbeeld ervan stond vanmorgen op de voorpagina en vertelde ons dat Europeesche Verzekeringen op een ontluisterende wijze haar eventuele betalingsverplichting terugbrengt tot maximaal de dagwaarde. Daarbij moeten we vooral niet vergeten dat het in dit geval gaat om het geliefd huisdier van een kroegeigenaar, een zogenaamde ´kroegterrier´ dus, uit Puttershoek. Volgens de verzekeringsmaatschappij is een hond juridisch gezien een ´zaak´ in plaats van een levend wezen, en daardoor te vangen in een staatje als hebbende een dagwaarde.
Nu weet ik ook wel dat verzekeringsmaatschappijen hun best moeten doen om onderscheid te maken in claims, om zo de valse van de oprechte claims te onderscheiden. Ook wordt er gewerkt met targets en zijn er omzetten en rendementen die gehaald moeten worden voor de aandeelhouders, dus zal een medewerker er alles aan doen om onder een bepaalde claim uit te kunnen komen. Dat is nu eenmaal de praktijk, en in dit geval gaat het, gelukkig, om het verhalen van gemaakte kosten, en zijn alle noodzakelijke ingrepen die het beestje na de aanrijding moest ondergaan, door de eigenaar gewoon uitgevoerd.
Toch vind ik dergelijke ontwikkelingen ronduit zorgelijk. Natuurlijk is er alom begrip dat er maar een beperkte hoeveelheid geld beschikbaar is, in dit geval een percentage van alle opgebrachte premies voor de aansprakelijkheidsverzekeringen bij die maatschappij, maar het lijkt wel alsof de ´menselijke maat´ steeds meer in de verdomhoek terecht komt.

Ik zie een dergelijke ontwikkeling niet alleen in een dergelijk geval, maar een dergelijke trend is overal waar te nemen. Bijvoorbeeld in bedrijven, in de gezondheidszorg en in de politiek gaat het alleen nog maar over geld en hoeveel geld iemand krijgt of maximaal zou mogen verdienen. Als we echter een stapje teruggaan en kijken waarvoor het geld eigenlijk bijeen is gebracht, dan zou er feitelijk een héél andere discussie moeten worden gevoerd, en juist dát besef zie ik steeds minder terug. Geld dat bijeen is gebracht voor gezondheidszorg zou ook daadwerkelijk besteed moeten worden aan het bieden van zorg en de mensen die dat moeten doen. Toch gaat het grootste deel van het beschikbare budget op aan geheel andere zaken dan zorg en de zorgverleners op de vloer. Een zelfde vergelijk is te maken voor de politiek en bij vele bedrijven. In plaats van zorgvuldig met het geld om te gaan en het uit te geven aan datgene waar het uiteindelijk voor bedoeld is, gaan hopen geld naar onderzoekers, managers en pr-bureau´s, terwijl de uiteindelijke klant steeds minder waar krijgt voor steeds meer geld.

Gevolg daarvan is steeds meer zichtbaar. Een kroegeigenaar kan zijn kosten niet claimen, en een oude man van dik in de tachtig krijgt geen hartoperatie omdat hij nog een te korte levensverwachting heeft om de operatie ´rendabel´ te maken. Want sinds wanneer moet alles in het leven dan opeens rendabel zijn? Het rendabel zijn van een investering is een puur economisch begrip en wordt door hele andere overwegingen bepaald dan waarop u en ik dat zouden doen. In het geval van die oude man zou ik eerder kijken naar zijn kwaliteit van leven en hoe ik die, door een dergelijke operatie, zou kunnen verhogen. Maar ergens zit er dan dus een manager, of beslisser, die alleen kijkt naar cijfertjes en ook alleen dáárop zijn beslissing baseert. Ik kan dan niet nalaten om me af te vragen hoe hij zal reageren als het zijn eigen opa betreft. Waarschijnlijk weet hij in dát geval echter wel de nodige gaten in de regelgeving om ervoor te zorgen dat zíjn opa wél wordt geopereerd.
De ´menselijke maat´ is mijns inziens ernstig zoek in onze maatschappij. Overgeleverd aan aandeelhouders en winstprognoses als we zijn. En dat is toch niet een maatschappij waarin ik me erg prettig voel en waarin in graag wil leven. Ik zou graag de zaken wat meer terug in perspectief willen zien, waarbij het maken van winst niet persé op de eerste plaats zou hoeven staan, maar pas op de derde of de vierde. Bovenaan zou ik dan graag begrippen willen zien als medemenselijkheid, begrip en inlevingsvermogen. Want soms, als je dan eindelijk een echt mens van vlees en bloed te spreken krijgt, heb ik soms nóg het idee dat ik tegen een computer zit te bazelen. Het protocol dat voor hun neus ligt is hun enige en absolute leidraad in het leven en daarvan mag niet, ik herhaal: NIET!, worden afgeweken. Maar in een maatschappij waarin we elkaar nodig hebben, hoe hard we dat ook soms zouden willen ontkennen, is medemenselijkheid, invoelingsvermogen en het maken van onderscheid, absoluut nodig. En da´s bepaald niet altijd makkelijk. Maar ietsje minder focus op winst is toch niet teveel gevraagd? Anders is onze maatschappij wel erg total loss.

15-09-08 II
Als ik vanuit Eindhoven vertrek is het bewolkt en regent het zachtjes. Maar eenmaal over de Belgische grens begint het al snel op te klaren en halverwege het land van onze zuiderburen waag ik het erop: ik stop aan de kant van de weg en doe het dak open.
Bij vertrek heb ik Tom de opdracht gegeven om de kortste route te nemen en vooral snelwegen te mijden. Ook al is ´D´Olle Grieze´ al wat op leeftijd, motorisch en technisch is ze in prima conditie, en ik ben er dan ook volledig van overtuigd dat ze alles aankan wat de toch voor haar in petto heeft. Alleen op de vraag: ´Wilt u onverharde wegen vermijden?´ heb ik toch maar ´JA´ ingetoetst.
Ik kan intens genieten van zowel het rijden als van de omgeving. Een toeristische route als deze brengt je langs plekken waar je anders nooit zou komen en achter elke heuvel en achter elke bocht wachten nieuwe verrassingen. Zo ook nu. Gedurende de acht uur dat de gehele tocht duurt heb ik me geen moment verveeld. Het was ´maar´ ruim 400 km, maar ik had er geen moment van willen missen. Met een tevreden snorrend motortje onder de kap en een net zo tevreden persoon aan het stuur, kan ik niets anders dan af en toe uit volle borst zingen. Tenminste, als ik even door de grote grijns die zich permanent op mijn gezicht heeft gevestigd heen kan breken.

De grensovergang met Frankrijk passeer ik bijna onopgemerkt. Ergens middenin een bos staat één bord dat passanten aangeeft welke de maximumsnelheden zijn die in Frankrijk gelden. De enige die voor mij belangrijk is, is die binnen de bebouwde kom. De rest ligt dermate hoog dat ´D´Olle Grieze´en ik ze toch nooit samen zullen halen, en dat hoeft niet. Het heerlijke van met een eend rijden is namelijk dat je nooit haast hebt. Je kunt plankgas geven, maar dan is je topsnelheid (berg af, wind in de rug en kroeg in zicht) toch nog maar hoogstens 100 km per uur. En in een heuvelachtig gebied als Noord Frankrijk kun je ook dat gevoegelijk vergeten. De enigste manier is dus de auto het tempo berg-op te laten bepalen, en verder vooral te genieten van de tocht, de uitzichten en de rust. En hele stukken wás het rustig, héérlijk rustig.

Een ander groot plezier blijft toch wel de reacties die ´D´Olle Grieze´ en ik oproepen. Het zal er ongetwijfeld mee te maken hebben dat ik wat groter ben dan menigeen, en eigenlijk helemaal niet in een eend pas. Maar daarnaast roept een eend met open dak bij heel veel mensen toch een nostalgisch gevoel op, en wordt er onderweg regelmatig naar je getoeterd, geknipperd en gezwaaid. De mooiste reactie dit weekend kwam van een klein meisje in Meaux. Ik stond daar op de terugweg te wachten voor het stoplicht toen ze de hoek om kwam met haar moeder. Wijzend op mijn eendje riep ze: ´Regardez Mammie! La voiture est belle!´ (=vrijvertaald: ´Kijk eens mammie wat een mooie auto!´), wat wil je nog meer? En toch was ze nog niet eens geboren toen de productie in de jaren tachtig werd gestopt.

Het was al met al een heerlijk weekend met goede vrienden en, zoals het hoort, klopte het ook gastronomisch volkomen. Bovendien veel oude bekenden gezien en veel herinneringen opgehaald aan een gelukkige periode in mijn leven, nu alweer ruim dertien jaar geleden.
De thuiskomst zondagavond was evenzo goed. Ik kon na een lang weekend weg mijn liefste weer in de armen sluiten en haar, geheel naar waarheid, zeggen dat ik haar gemist had. Gelukkig was het wederzijds!

Tot slot nog de reactie die ik ontving betreffende de advertentie van vrijdag. Ik wil hierbij graag mijn waardering uitspreken voor Danny van het genoemde restaurant. Het is namelijk niet vaak meer dat je überhaupt een reactie krijgt als je een bedrijf iets vraagt, maar Danny liet het volgende weten:

´Deze advertentie, en eigenlijk al onze advertenties, zijn niet serieus bedoeld. Het is enkel om de advertentie op te laten vallen en mensen even in twijfel te laten of het nu echt een personeels advertentie is of dat het om een grap gaat. We hebben in het afgelopen half jaar diverse advertenties geplaatst die een link leggen met "Di Mama" .Soms in de vorm van een personeeladvertentie, soms met een mededeling. Een van onze vorige advertenties luidde; "Opa valt van fiets bij bezorgen pizza´s, Pizza´s van de kaart gehaald." en "Door stress rond de opening vliegen de pommodori´s door de keuken" De bedoeling is dat erover wordt gepraat en zo meer naamsbekendheid te verkrijgen, en mensen nieuwsgierig te maken, ook buiten Valkenswaard. Uw mail, en diverse eerdere reacties, geeft aan dat dat doel is bereikt.

mvg
Danny
Restaurant Mama DI Kookt´

Yep, in die opzet zijn ze zeker geslaagd. Ik denk dat ik er mijn liefste binnenkort maar eens mee naar toe neem.

15-09-08 I