Als kleine jongen had ik twee dromen die weinig met elkaar te maken hadden. Ik wilde archeoloog worden én vrachtwagenchauffeur. Ik was door plaatjesboeken al erg in geschiedenis geïnteresseerd maar dat werd vooral versterkt toen ik op m´n veertiende verjaardag het boek ´Archeologie, een vak vol verrassingen´ van Magnus Magnusson kreeg. Ik heb het verslonden. Ook op school was de geschiedenisles een van de weinige lessen die mijn onverdeelde aandacht hadden. Ik herinner me nog levendig die magnifieke schoolplaten die dan voor de klas verschenen. Vooral onder de indruk was ik van Howard Carter die de wereld de ontdekking van het graf van Toetanchamon schonk. De combinatie tussen geschiedenis en een heuse goudschat was bijna te veel om te bevatten voor mijn, toen nog zo beperkte, jongensfantasie en ik nam me voor om later ooit, als ik groot zou zijn, zelf de piramides en de Sfinx te gaan bekijken. Dat moest toch iets verschrikkelijk indrukwekkends zijn! Toen ik in het najaar van 2001 er dan ook eindelijk stond was ik heel blij. Het was me eindelijk gelukt! Maar helaas was die vreugde van zéér korte duur. ´s Avonds bij terugkeer in het hotel brabbelde de receptionist wild gebarend iets over ´Boom-boom in America´ en dat ik de tv moest aanzetten. Wat ik daar vervolgens vol verbijstering zag is inmiddels in ons collectieve geheugen gegrift, in ieder geval in het mijne.
En alhoewel geschiedenis nog steeds mijn warme belangstelling heeft en ik inmiddels een aantal cultuur- en historie reizen heb mogen maken kwam in 1978 een gedegen concurrent voor mijn toekomst als archeoloog uit het niets tevoorschijn. In dat jaar verschenen namelijk achtereenvolgens ´Met de vlam in de pijp´ en `Nachtrijders´ van Henk Wijngaard en werd mijn zwerversziel uit haat sluimer gewekt. De lokroep van de ´vrijheid van de lange baan´ werd zo sterk dat ik meermalen serieus heb overwogen om van huis weg te lopen en me bij de kermis aan te sluiten. Want die kwamen nog eens ergens. Helaas werd er thuis op mijn drang naar vrijheid en het ontdekken van verre en vooral exotische horizonten niet heel erg positief gereageerd. Er werd van mij, als zoon van een Notaris, verwacht dat ik in Pa´s voetsporen zou treden en rechten zou gaan studeren. Maar dat heb ik, tot groot verdriet van Pa, gelukkig weten te voorkomen en ben, zoals steeds, mijn eigen weg gegaan. Ik ben via via in de horeca en catering terecht gekomen en heb mezelf in de afgelopen 18 jaar redelijk opgewerkt. Toch zijn er een aantal zaken altijd blijven trekken. En reizen is daar een van. Ik heb inmiddels een behoorlijk aantal plekken in de wereld op mijn lijstje kunnen afstrepen maar heb nog een heel aardig rijtje te gaan, kris kras over de aardbol. Van China tot Peru en van Canada via donker Afrika tot Nieuw Zeeland en Japan, en nog heel veel daartussen. En hoe meer ik reis, hoe meer ik in mezelf herken van Henri I. Die was ook vaak ´zoek´ op reis en bleek dan in druk gesprek verwikkeld met lokalen en vermaakte zich opperbest. Ik ben ook zo. Ik vermijd graag de grote toeristenstromen voor zover dat kan en als de toeristenmarkt linksaf is ben ik steevast rechtsaf te vinden. Meestal eindigt zo´n ´omweg´ dan op eerst een muurtje of bij een theehuis waar ik dan heerlijk kan kletsen met lokale mensen om daarna vaak thuis uitgenodigd te worden om van de lokale cuisine te proeven. Elke keer vind ik dat weer een enorme eer en een absoluut voorrecht als het gebeurt. Bovendien geeft het een veel breder perspectief van een land dan wat je ooit kunt lezen in de ´Lonely Planet´ of kunt horen tijdens een rondleiding.
Pa heeft er zich, na al die jaren, inmiddels bij neergelegd dat zijn ´zooitje´ niet in zijn voetsporen zal treden. Dat ik nooit de rechtenfaculteit zal betreden en dat mijn voetstappen ook nooit het statige marmer van de Parkstraat meer zullen beroeren nu hij met pensioen is. Maar ondanks alles wat er goed en ook wat er mis is gegaan in mijn leven, twee jeugddromen zijn dan toch inmiddels uitgekomen. Ik ben in Egypte geweest en heb de Grote Piramide aangeraakt. De andere is dat ik kilometervreter ben en blijf. Ik heb uitgerekend dat ik inmiddels zo´n 850.000 kilometer op de Europese wegen heb afgelegd en een paar duizend op wegen in Afrika, Azië en Midden- en Zuid Amerika. En het eind is nog lang niet in zicht!
26-07-07