Met het klimmen van de jaren komen de gebreken, niemand ontkomt eraan. Ook ik niet. Ik leefde tot voor kort in de overtuiging dat ik een vrijwel feilloos oog voor detail had en alles zag, maar die overtuiging werd vanmorgen wreed de bodem ingeslagen. Nu weet ik het zeker, ik ben toegetreden tot de rijen der aftakelenden, de orde der toekomstige fossielen.
Gisteravond stond ik af te wassen nadat mijn lief gekookt had. Een klusje waar ik geen hekel aan heb en bovendien eentje waarbij je direct eer van je werk hebt. Het aanrecht is na een par minuten dan weer veranderd van een vette plakzooi in een leeg en schoon oppervlak, klaar voor alles wat je maar kunt bedenken dat je op een aanrecht zou willen doen. Met de afwas aan kant moest ook het fornuis schoon, dus haalde ik de spatplaatjes en de gietijzeren ringen eraf en begon, om even later tevreden naar het glimmend eindresultaat te kunnen kijken. De spatplaatjes en gietijzeren ringen zette ik, zoals altijd, te drogen op een vaatdoek tegen de muur. Vanmorgen, terwijl ik stond te wachten tot het water kookte voor mijn eerste bakkie capp, wilde ik het fornuis weer in orde brengen. Nu heeft de ontwerper destijds een zeer ingenieus systeem bedacht zodat alles maar op één manier en op één plek past. Door een systeem van openingen van verschillende grootte, en spatplaatjes met één of twee inkepingen is het dan dus een fluitje van een cent om alle onderdelen weer op de juiste plek terug te leggen. Alleen heb ik altijd moeite met die verrekte gietijzeren ringen. Er zijn twee grote en twee kleine, dus zo héél moeilijk zou het niet moeten zijn…zou je zeggen. Toch moet ik zo’n ding minstens drie keer omdraaien om te zien welk exemplaar nu één en welk exemplaar twee uitstulpingen heeft die weer in de uitsparingen van de spatplaatjes passen. En waar het nu precies aan lag deze morgen weet ik niet, maar vanmorgen zag ik opeens dat er onderop de gietijzeren ringen letters stonden. Afkorting LV voor, vermoed ik, links voor en RA voor rechts achter. Ik was er even stil van. Ik was dus al jaren aan het stuntelen om alles weer op de juiste manier in elkaar te passen en al die tijd had de ontwerper dus al rekening gehouden met domoren als ik? Hij was me zelfs al voor geweest en had me al die moeite zelfs al willen besparen! Doch ik, de stommeling, wenste het niet te zien en had de vooruitziende blik van deze Meester dus nooit op waarde geschat! Maar nooit meer dus. Ik neem alsnog mijn hoed af, weliswaar vele jaren na dato, voor het vooruitziend genie van deze noeste en wakkere werker. De man die, in tegenstelling tot zovele moderne ontwerpers, de ziel nog begreep van het eenvoudig mannenbrein dat best wel wil helpen in het huishouden maar sommige zaken simpelweg niet begrijpt. Afwassen kan ik, stofzuigen ook, en daarbij snap ik zelfs ook nog wel dat je niet altijd ergens omheen maar ook soms ergens onderdoor moet stofzuigen. Maar sommige dingen snap ik gewoon echt niet, en die worden er bepaald niet beter op met het gestaag klimmen van de jaren. De was doen is precies zo’n voorbeeld. In mijn alleenwonende jaren gingen witte t-shirts en witte overhemden gezellig gezamenlijk in de wasmachine. Wit is tenslotte wit en dat kon dus prima samen, dacht ik. Vandaag de dag, geheel opnieuw getraind en hertraind door Mevrouw de L’Ecluse, weet ik beter. Overhemden mogen NOOIT samen met t-shirts in één trommel en al helemaal niet in de droger! Foei Henry, dreiwerf foei!
Mezelf verslagen weten bij die, zo ogenschijnlijk doodsimpele, huishoudelijke klusjes was altijd al een kwelling voor mijn teer mannelijk ego, en nu is daar de eerste voorbode van ouderdomsaftakeling bijgekomen. En op zich is ouder worden niet erg, het dingen niet meer kunnen wel. Maar waar ik het meest tegenop zie is het feit dat er straks iemand langs gaat komen die gemaakt vriendelijk en belangstellend komt vragen of ‘WIJ deze ochtend al geplast hebben?’ of komt informeren of ‘WIJ braaf ons toetje hebben opgegeten?’. Ik ben bang dat ik tegen die tijd nóg veel opstandiger en dwarser ga worden dan dat ik nu al te boek sta, want van mezelf weet ik het wel, en van jou wil ik het niet eens weten! Gelukkig is de echte ouderdom nog ver verwijderd, en tot die tijd rommel ik dus maar rustig verder met mijn goede bedoelingen. Dan doe ik er maar wat langer over…tot ik ontdek dat er meerdere ontwerpers zijn geweest die mijn gestuntel al voorzagen. Ouderdom komt inderdaad met gebreken, maar met het klimmen van de jaren neemt ook, als het goed is tenminste, de wijsheid toe. En sommige dingen kun je nu eenmaal beter overdragen aan mensen die er beter in zijn. Ik drink wel rustig mijn cappuccino op de bank, dáár ben ik toevallig weer ERRUG goed in!
08-03-08
Geen opmerkingen:
Een reactie posten