zaterdag 6 september 2008

Castel Rose

Weinig plaatsnamen roepen in mijn herinnering zo´n warm gevoel op als Anduze. Ik heb so wie so al niet zo heel veel plezierige jeugdherinneringen, maar Anduze staat voor mij symbool voor een periode waarin ik nog wel ongedwongen kind kon zijn. Levendig zijn dan ook de herinneringen aan mijn opblaasboot, mijn bamboehengel, het ´slakkendiploma´ en ´glace a rafraichir´, mijn eerste Franse boodschap. Groot was dan ook de drang om nog eens te gaan kijken op ´Camping Le Castel Rose´, en afgelopen woensdag kreeg ik die kans.

Nu is het Departement Gard niet bepaald op de route als je vanuit de Drôme of de Vaucluse terug naar huis wilt, maar mijn liefste kent mij en mijn geschiedenis, en had er geen probleem mee om een enorme omweg te maken voor deze ´trip down memory lane´. Dus zetten we gezamenlijk koers richting Anduze en genoten van het Franse landschap dat zich onderweg aan ons ontvouwde.
Anduze ligt in de Gard (Languedoc-Roussillon) aan de rivier de Gardon. Camping ´Le Castel Rose´ ligt op een kwartiertje lopen net iets buiten Anduze en was, eind jaren zestig en begin jaren zeventig, het vaste vakantieadres voor de zomervakantie. Eerst met een bungalowtent en later met de Avento caravan.
Onbezorgd, dat is het woord dat opkomt bij de vakanties op die camping bij Anduze. Opa en oma gingen altijd vooruit, en waren dus al ruim en breed geïnstalleerd als wij aankwamen. Zij op hun vaste plek in de hoek en wij ernaast. Af en toe kwam er gedurende de vakantie nog wel eens een oom en tante langs, maar verder was het vooral een familiaire aangelegenheid, waarbij de zomers lang en warm,en het leven voorspelbaar waren.
Ik was in die tijd over eten nogal duidelijk: alles wat ik niet kende of wat er in mijn ogen wat al te exotisch uitzag at ik gewoonweg niet. Speciaal voor mij gingen er dan ook hele ladingen ingeblikte gehaktballen en enorme hoeveelheden pindakaas mee, want ik moest toch iets eten. En, eerlijk is eerlijk, ik bleek prima te kunnen overleven op gehaktballen, stokbrood en pindakaas. Maar dankzij de aanhoudende pogingen en het engelengeduld van mijn ouders en grootouders is dat later gelukkig geheel omgeslagen en zijn er nu weinig dingen meer die ik absoluut niet zou eten. Zo ontstond ook het ´slakkendiploma´. In ons gezin mocht je best iets niet lekker vinden, maar je kon dat pas zeggen als je het ook geproefd had. Zo kwamen er op een gegeven moment wijngaardslakken op tafel en wij, de kinderen, moesten er minimaal ééntje proberen. Als we dat dan hadden gedaan zonder al te veel drama, konden we een diploma verdienen. Maar hoe fabriceer je een geloofwaardig diploma als je aan het kamperen bent? Ik vermoed sterk dat opa daarin een grote rol heeft gespeeld, want opa had altijd een hoop dingen bij zich die ooit van pas zouden kunnen komen, zoals tangetjes, klemmetjes, lijm etc. Dus van een vleeswarenkartonnetje en een leeg slakkenhuis werd een slakkendiploma gefabriceerd en vol trots de volgende dag overhandigd.

Hoe anders is echter de werkelijkheid als ik dertig jaar later de camping weer oploop. Nu is alles anders als je iets alleen vanuit het perspectief van een kind hebt gezien, maar wat me opvalt is de massaliteit van het gebeuren. Wat vroeger een kleine, gezellige familiecamping was, is nu een modern en goed geoutilleerd geheel geworden. Toch kan ik blindelings aanwijzen waar wij vroeger stonden, al mogen op die plek tegenwoordig geen tenten of caravans meer staan getuige het bordje. Overstromingen in de afgelopen dertig jaar hebben de strook langs de rivier een heel stuk smaller gemaakt en ook van bomen en de overige begroeiing langs het water is weinig meer over. Het is zowel vreemd als vertrouwd om hier weer te staan na al die jaren. Als we rondlopen over de camping is er weinig meer dat aan die jaren herinnerd, maar het gevoel komt wel weer terug. Hier was ik kind en hier was ik gelukkig, en ik ben blij dit moment, ruim dertig jaar later, met mijn liefste te kunnen delen. Even buiten de camping staat ook nog steeds het roze landhuis waar de camping zijn naam aan dankt. Uit het handgeschreven naambordje op de brievenbus blijkt dat de familie Lafont hier nog steeds resideert, al vermoed ik dat Monsieur Lafont, binnen de familie onsterfelijk geworden door de uitspraak ´Iek ferkoop wortélen!´, waarschijnlijk niet meer tot de levenden zal behoren.
Als we even later Anduze binnen rijden komt een hele nieuwe golf herinneringen boven. Ook hier heeft de tijd zijn werk gedaan, maar veel gevels doen nog vertrouwd aan. De Presse/ Tabac waar opa zijn Gauloises, pijptabak en zijn krantje ging halen bestaat helaas niet meer, maar de fontein met zijn karakteristieke en gekleurde overkapping, te vinden op de vele aangeboden ansichtkaarten, is gelukkig niet verdwenen.
Als we even later het dorp weer uitrijden ben ik blij en gelukkig. Ik denk niet hier ooit weer terug te keren, maar voor de verdere terugreis heb ik weer even genoeg herinneringen om te herbeleven. Bovendien heb ik nu foto´s voor thuis. Foto´s die ik zeker ook aan mijn vader zal laten zien als ik hem weer zie. Zouden ze herinneringen bij hem oproepen? Zou ik weer even een glimp kunnen zien van de man die hij vroeger was? Zal hij zich überhaupt nog iets kunnen herinneren? Only time will tell…

06-09-08

1 opmerking:

david santos zei

Great!!!
Congratulations!!!!